Zeg nu zelf, er zijn ergere dingen in het leven dan de missie van een lingeriefabrikant. De voorbije week kwam Van de Velde in het nieuws met ietwat "teleurstellende cijfers", tenminste dat was te lezen in de De Tijd. Voor alle duidelijkheid: Van de Velde is een financieel zeer gezond bedrijf. Het is al meermaals gezegd in deze blogs dat cijfers niet alles zeggen. De kunst is natuurlijk om op basis van de cijfers toch dingen te zien die minder voor de hand liggen, maar wel cruciaal zijn. In die optiek is het een prima gelegenheid om het verband tussen een aantal kerncijfers te bekijken. Het inzicht is verrassend. De gedetailleerde cijfers van Van de Velde zijn allemaal te vinden op de website, maar we beperken ons tot de kerncijfers. Voor de goede orde eerst even een korte recap van de gebruikte terminologie. - Omzet: dit cijfer spreekt voor zich uiteraard. Het gaat hier om de verkopen aan klanten. (De registratie gebeurt op het moment dat de factuur wordt opgemaakt.) - EBITDA:
- EBIT:
Het verschil tussen EBITDA en EBIT zijn dus de "DA", die we "NCI" noemen en die in gewone mensentaal correcties op het vermogen zijn zonder een fysieke geldbeweging. Operationele cashflow (OCF): EBIT houdt geen rekening met de effectieve betalingen van klanten en aan leveranciers en kan dus een vals beeld geven van de operationele cashpositie. De boekhouding, hier de resultatenrekening , registreert transacties zonder rekening te houden met geldbewegingen. En dat is niet handig. Daarom worden er correcties gemaakt en worden de geldbewegingen mee in kaart gebracht. We hebben nu omzet, EBIT, EBITDA en OCF maar er ontbreekt nog een marge. Cashflow is immers altijd het resultaat van volume én marge. De operationele marge is heel eenvoudig EBIT uitgedrukt in een percentage van de omzet. Dit is uiteraard niet de marge die wordt gehanteerd om verkoopprijzen te berekenen. Om een analyse te maken is de operationele marge wel handig omdat ze net de 'missing link' is in de verbanden tussen de kerncijfers. Dit even als aanloop om naar de kern van het verhaal te komen. Eerst nog even de kerncijfers zoals Van de Velde ze zelf publiceert.
Wat zijn enkele opvallende elementen uit deze kerncijfers? - Een operationele marge van meer dan 20% is ronduit verbluffend. Vele bedrijven zitten maar in de buurt van 5%. - Omzet stabiliseert vanaf 2015 en operationele marge wel lichtjes onder druk. - De toename van de omzet van 2013 tot 2017 heeft geen merkelijke verbetering van de operationele marge en cashflow opgeleverd. In het artikel van De Tijd staat verder dat een steeds groter deel van omzet uit onlinever-kopen komt. Bij een globaal stagnerende omzet betekent dit dus dat er minder verkopen zijn via het klassieke kanaal, de fysieke winkels. Om de onlineverkopen verder te verhogen zijn evenwel nog extra investeringen nodig in IT. Met de huidige marges, en ook al zijn ze dalend, maakt niemand zich op korte termijn zorgen om de return uit deze investeringen. Pas in 2015 is men gaan inzetten op online en die strategie werpt per saldo nog geen vruchten af. Maar het is wel duidelijk dat deze investeringen vooral dienen om stand te kunnen houden. Onmogelijk om te zeggen wat de resultaten zouden zijn geweest zonder deze investeringen. Met enkel te kijken naar omzet en EBITDA schiet je dus weinig op. Om echt zinnige dingen te zeggen over dit bedrijf zijn meer gegevens nodig en moet je de business goed kunnen doorgronden, maar het is wel typisch dat sterke cijfers en mooie marges een bedrijf in slaap kunnen wiegen. Een financiële wetmatigheid is immers wel dat als marges beginnen te dalen de vraag niet is of ze blijven dalen, maar hoe snel ze dalen....
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
Archief
Juli 2019
|